Sanglas 500S, de laatste klassieke ééncilinder

De elektrische installatie en een gereedschapsbakje hebben een plekje gekregen onder zadel
De elektrische installatie en een gereedschapsbakje hebben een plekje gekregen onder zadel

Waarom?
Dat is ongetwijfeld de vraag die opborrelt na het lezen van bovenstaande Sanglas historie. Waarom heeft Sanglas zich overgeleverd aan Yamaha? Het antwoord op deze vraag is niet zo moeilijk te beantwoorden, maar daarvoor dient men zich wel te verdiepen in de situatie die in Spanje was ontstaan na het overlijden van Franco in november 1975.


Tot dat moment was Spanje heel sterk op zichzelf aangewezen en wilde niet veel te maken hebben met de rest van Europa. De Spaanse markt was heel gesloten en producten uit het buitenland werden nauwelijks geïmporteerd. Na de dood van Franco veranderde deze houding en Spanje zocht aansluiting bij Europa en in het bijzonder bij de EEG. Hierdoor vonden in Spanje grote veranderingen plaats zoals de enorme opbloei van het toerisme. Van beslissende betekenis voor Sanglas was de aanleg van autosnelwegen die in de tweede helft van de jaren ’70 rigoureus ter hand werd genomen. Uiteraard was het de taak van de Guardia Civil om op de nieuwe autopista’s te patrouilleren, maar helaas bleken de Sanglas ééncilinders niet bestand tegen een urenlange kruissnelheid van meer dan 90 km/uur. Voor patrouillerijden op tweebaanswegen met snelheden tot 50 à 70 km/uur ging het goed, maar op de snelweg werden de motoren achter elkaar stuk gedraaid. Proeven in de fabriek gaven het zelfde resultaat; na 22 uur op de testbank gaf ieder Sanglasblok de strijd op. Op zich is dit niet verwonderlijk, want het ontwerp dateerde uit de jaren ‘40 en sindsdien was het bottom-end nauwelijks gewijzigd. Pas met de introductie van de 500S was dit probleem opgelost want de nieuwe krukas van dit model was veel sterker. Echter, ook een betrouwbare 500cc ééncilinder is niet geschikt voor het patrouilleren op vierbaans snelwegen. De Guardia Civil was de belangrijkste afnemer en drong er bij de fabriek op aan dat Sanglas snel met een nieuwe, snellere en vooral betrouwbaardere machine moest komen. De Sanglas fabriek draaide weliswaar efficiënt, maar het was een kleine fabriek met een jaarproductie van ongeveer 2000 motoren. Sanglas speelde net quitte, maar omdat de export niet liep waren er niet voldoende financiële reserves voor investeringen en voor productontwikkeling. Men begon met de ontwikkeling van een 750 Mono, maar dat project leed schipbreuk. De enige mogelijkheid om snel en goedkoop betere motorfietsen te kunnen leveren was gebruik te maken van Yamaha, die XS400 blokken kon leveren, waarmee Sanglas in staat was om op korte termijn te voldoen aan de eisen van de Guardia Civil. Voor deze Japanse firma was dit een bijzonder interessante transactie omdat de Spaanse markt een groeimarkt was en de Japanners nu toegang kregen tot die markt, hetgeen vooral vanwege de te verwachten toetreding van Spanje tot de EEG, heel belangrijk was. Yamaha was bijzonder hulpvaardig, zij stuurden technici om te helpen de inbouwproblemen van het XS400 blok op te lossen en Sanglas kon op afroep zoveel blokken en onderdelen krijgen als zij maar wilden hebben. Uiteraard stond hier wel iets tegenover, want in snel tempo breidde Yamaha zijn invloed uit en het resultaat was een complete overname. Bij andere Spaanse fabrieken ging het niet anders want Bultaco, Montesa, Derbi en Ossa zijn jaren geleden ook overgenomen of helemaal verdwenen en van de eens zo trotse Spaanse motorindustrie is niets meer over.

LATEN WE CONTACT HOUDEN!

We houden je graag op de hoogte van ons laatste verhalen 😎

We sturen je geen spam en houden je e-mailadres geheim!

Geef een reactie