Demo Race Enter

Het was dit jaar de vijfde keer dat de Enterse Demo Race werd gereden en werd er dus een lustrum gevierd. Net zoals de eerste vier edities was het ook dit jaar weer stralend weer. Gecombineerd met volle starvelden en veel publiek leverde dit een sfeervol gebeuren op, waarbij oude tijden leken te herleven.

Hoewel er vroeger nooit is geracet op de Enterbrookring, zoals de Enterse Motor Club (EMC) ‘hun’ circuit gedoopt heeft, waande je je bij een nationale race uit de zestiger of zeventiger jaren. Dit kwam niet alleen door de aanwezigheid van de klassieke racemotoren van de leden van het Classic Racing Team, maar ook omdat diverse deelnemers zich ook in voertuigen, busjes en campers, van enkele decennia oud naar Enter hadden begeven. Uiteraard waren er ook de nodige nieuwere campers en auto’s, maar de gigantische trucks met oplegger, voorzien van inklapbare werkplaatsen en VIP-rooms, zoals die bij huidige moderne races het beeld bepalen waren er niet bij. Het rennerskwartier leek, net zoals vroeger, meer op een gezellige camping waar gewoon in alle openheid onder de luifel van de caravan aan de racemotoren gesleuteld werd om ze klaar te maken voor de wedstrijd.

Alle raceklassen van vroeger stonden aan de start, inclusief de zijspanklasse. Dit laatste ondanks de wat smalle baan. De Enterbrookring is te smal voor een echte zijspanrace, als een span midden op de baan blijft rijden kom je gewoon niet langs. Voor een demo race, waarbij de langzamere combinaties vrijwillig aan de kant gaan als er een snellere collega achter zit, is de smalheid van de baan niet onoverkomelijk en kon er dus ook in de zijspanklasse naar hartelust geracet worden.

Daarnaast was dit jaar ook het Classic Motor Cycle Demo Team present. Dit team reed als een afzonderlijke ‘special klasse’. Het Classic Motor Cycle Demo Team is een initiatief van Klaas Tjassens, die zelf ook meereed op exacte replica’s van de motoren van de Finse coureur Jarno Saarinen.
Het verschil met de motoren van het Classic Motor Cycle Demo Team en de motoren van het Classic Racing Team is net zo klein als het naamsverschil van beide clubs.
De motoren van Classic Racing Team mogen niet jonger zijn dan van 1972 en moeten enigszins aangepast zijn aan de huidige geluidseisen, zij zijn daarom meestal voorzien van uitlaten met geluidsdempers die er eigenlijk niet op horen. Het Classic Motor Cycle Demo Team richt zich primair op het tijdperk 1949 tot en met 1976. Voor deze periode is gekozen omdat in 1949 voor het eerst werd gestreden om het wereldkampioenschap in de verschillende raceklassen terwijl in 1976 zich het Italiaanse merk MV Agusta met haar viertakten terugtrok uit de racerij. Het terugtrekken van de viertakten, die met hun huilende viercilinders voor een machtig geluid zorgden, werd en wordt door velen als een ernstige aderlating van de racerij beschouwd, juist vanwege het geluid. Het Classic Motor Cycle Demo Team hanteert daarom het uitgangspunt dat, indien op een racemotor vroeger geen geluiddempers aanwezig waren en nu ook geen op mogen zitten. Daarnaast hanteren beide clubs het uitgangspunt dat het ook replica’s van de originele motoren van het betreffende tijdperk mogen zijn.

Naast het geringe verschil in motoren is er ook een verschil in de demonstraties. Bij het Classic Racing Team is er sprake van wedstrijd van wie de regelmatigste rondetijden neer kan zetten. Het Classic Motor Cycle Demo Team rijdt haar rondjes zonder dat er sprake is van enig wedstrijdverband. Maar ook voor het Classic Racing Team geldt uiteraard dat het wedstrijdverband op de tweede plaats komt, het gaat natuurlijk vooral om de lol van het rijden met de oude racers. Hierbij blijft men behoorlijk op zijn hoede om niet te vallen, want in de restauratie zitten vaak heel wat uurtjes en euro’s!

Lol is er zeker beleefd in Enter. Hoewel er geen beker voor het mooiste geluid werd uitgereikt was iedereen het erover eens dat de loeiende MV Agusta 350 cc viercilinder van Bert Kraft, een replica van Agostini’s racer uit 1972, deze beker zeker gekregen zou hebben. Wat een geluid, niet alleen de motor is een vrij exacte replica, dit geldt zeer zeker ook voor het geluid wat deze MV produceert.

Maar ook de andere motoren van beide clubs waren het zien en horen meer dan waard. Zo reden bij de 50 cc klasse van het Classic Racing Team enkele zeer mooie Van Veen Kreidlers mee, ook het jankende geluid van deze hoogtoerige tweetakten was de moeite waard. Daarbij was het opmerkelijk hoe goed de Kreidler Florett van Rob Koelewijn nog mee kon trekken met de Van Veen Kreidlers.

Deze Florett was nog voorzien van het originele Kreidler frame met geforceerde luchtkoeling. Een opmerkelijke swingarm voorvork met zeer laag geplaatste clip-on stuurhelften om de aërodynamische verliezen binnen de perken te houden maakte dit een zeer opvallende verschijning.
Ook in de andere klassen waren bijzondere motoren te zien. Zo reed in de zijspanklasse een Tradi eigenbouw mee. Een bouwsel uit het voormalige oostblok, voorzien van cylinders van Trabant autootje. In het Oostblok zijn daar in vroeger tijden misschien races mee gewonnen, wie zal het zeggen. Veel snelheid zat er (nog) niet in, maar eigenaar Dirk Kruyt schijnt nog een aantal modificaties te willen aanbrengen.

LATEN WE CONTACT HOUDEN!

We houden je graag op de hoogte van ons laatste verhalen 😎

We sturen je geen spam en houden je e-mailadres geheim!